De 'oudere' bestaat niet


Er is een wereld van verschil tussen een zestiger en een 80-plusser. De diversiteit onder ouderen neemt toe: er zijn grote verschillen qua engagement, mogelijkheden, gezondheid, middelen, netwerk, achtergrond, cultuur, noden, geaardheid en voorkeuren. De meeste 60-plussers zijn vandaag niet meer actief op de arbeidsmarkt, ze blijven wel een dragende kracht voor het samenleven in onze stad. Als alle senioren zouden ‘staken’, worden veel kinderen niet opgevangen, hoogbejaarde mensen niet verzorgd, sportverenigingen blijven dicht, stadsgidsen zijn niet beschikbaar, natuurgebieden verwilderen …

De wijze waarop we onze stad organiseren bepaalt mee de voorwaarden voor welzijn en geluksbeleving van senioren en dus van heel Antwerpen. Seniorenbeleid is bij uitstek integraal: elke schepen in het schepencollege moet bewust nadenken of de maatregelen toegankelijk zijn voor senioren. In ons verkiezingsprogramma vind je aandacht voor senioren bij vrije tijd, toegankelijkheid, sociaal beleid, mobiliteit, digitalisering ... Bovendien is het 'activerend' seniorenbeleid (vrije tijd, vorming, vertrekkend van talenten ...) een districtsbevoegheid. We zullen er dus af en toe een verwijzing naar maken. In dit hoofdstuk focussen we op enkele specifieke maatregelen rond wonen, toegankelijkheid, zorg, participatie en diversiteit. Tot slot hebben we de ambitie om een leeftijdsvriendelijke gemeente te zijn. Dat is een inclusieve en toegankelijke omgeving die actief ouder worden promoot: een nette buurt, een park met rustbanken waar je een gezellig praatje kan slaan, een klimaat waarin iedereen zijn mening kan uiten en respect krijgt, een veilig fietspad … Leeftijdsvriendelijke gemeenten komen ten goede aan alle leeftijden.

Met de leeftijd en vooral vanaf 80 jaar, neemt de kans toe dat iemand hulp nodig heeft bij de dagelijkse activiteiten (poetsen, aan- en uitkleden, persoonlijke verzorging …). De volgende decennia wordt vooral de groep 80-plussers groter. De overheid herhaalt voortdurend dat alle zorg professioneel organiseren niet haalbaar en niet betaalbaar is en dat het directe netwerk van de zorgvrager de zorg moet opnemen (vermaatschappelijking van de zorg). Maar al maar meer ouderen hebben geen netwerk en staan er alleen voor. Ze waren ooit mantelzorger van hun partner, maar zijn intussen weduwe of weduwnaar. Kinderen wonen niet langer in de buurt van hun ouders en moeten werken tot 67 jaar, of ze hebben geen kinderen. De leeftijdsgroep die vandaag het meeste zorg opneemt, de sandwichgeneratie van 55-65-jarigen, heeft steeds minder tijd en ruimte om de kleinkinderen op te vangen en zorg te verlenen aan hun hoogbejaarde ouders. Groen maakt zich dan ook zorgen over de groeiende groep kwetsbare en alleenstaande ouderen in onze stad.

Terug naar Senioren

 

Heb je een opmerking of vraag over dit thema?