Het voorstel is om deze werking toe te wijzen aan G4S Care.
De verbazing voor dit voorstel was bijzonder groot. De huidige werking van De Vaart staat heel hoog aangeschreven. Er zit veel ervaring bij de werkers, de gedrevenheid en betrokkenheid bij de soms moeilijke gasten is groot. Ze genieten bijzonder veel respect van collega's van andere organisaties, toch cruciaal voor de broodnodige samenwerking.
Ook de vertrouwensrelatie met de doelgroep is stelselmatig opgebouwd en kent een stevige basis. Al wie met daklozen of mensen in multi-problemsituaties werkt, weet hoe lang het soms kan duren voor mensen een hulpverlener vertrouwen, voor ze zich een stukje bloot durven geven, laten begeleiden.
Het stadsbestuur zet nu die vertrouwensrelaties bij het groot vuil.
Voor de daklozen betekent dat weer eens van nul beginnen, met nieuwe mensen en een nieuwe organisatie.
Het stopzetten van hulpverlening, hoe moeizaam ook, getuigt van een totaal gebrek aan respect voor de daklozen zelf. Wat vandaag dreigt te worden afgebroken, zal jaren vergen om terug dit kwaliteitsniveau te krijgen.
Toch is er voor het stadsbestuur blijkbaar veel aan gelegen om deze werking buiten te zetten, en met een commerciële partner in zee te gaan. Zoveel dat ze bij de beoordeling het spel niet eerlijk spelen. Vooraf werd aangegeven op welke criteria de kandidaten zullen beoordeeld worden, de beoordeling zelf gebeurde op andere criteria. Dat is natuurlijk boerenbedrog. Een beoordeling op deze manier zal nooit standhouden, en kan dan ook geen basis zijn om donderdag een beslissing te nemen.
Het is duidelijk dat voor het stadsbestuur niet de kwaliteit van de dienstverlening en het sociaal werk is dat centraal staat, maar wel besparingen en de wil om middenveldorganisaties te treffen, die in hun ogen te kritisch zijn geweest voor het stadsbeleid. Een benadering waarin Groen zich op geen enkele manier kan vinden.
Het is tijd dat het stadsbestuur het geweer van schouder verandert en stopt met de plannen voor verdere vermarkting van sociaal werk. In plaats van organisaties tegen elkaar op te zetten, moet de stad het middenveld als partner beschouwen en samen zorgen voor nieuwe, broodnodige investeringen in het sociaal weefsel in Antwerpen.