Antwerpen groeit. Meer mensen komen in Antwerpen wonen en dat is een goede zaak, op voorwaarde dat we op een doordachte manier nieuwe woningen en nieuwe wijken bouwen, en aan slimme stadsontwikkeling doen.

Groen staat voor stadsplanning op maat van mensen, met veel groen en water om te verkoelen, veel plekken om elkaar te ontmoeten, te sporten, te spelen, zich te ontspannen.

 

 


Verdichten tot wijken met een mix van wonen, werken en  voorzieningen

  • Tussen de groene lobben zijn er de ‘stedelijke lobben’: de wijken waar we wonen, werken en voorzieningen zoals scholen, sportinfrastructuur, wijkcentra en winkels bij elkaar brengen. We zorgen ervoor dat deze plekken goed ontsloten zijn met openbaar vervoer en dat er een fijnmazig netwerk van voetgangers- en fietsverbindingen aanwezig is.
  • Door verschillende functies bij elkaar te brengen en te verweven, kunnen we verplaatsingen vermijden. Minder verplaatsingen zorgt voor minder verkeer en dus meer leefkwaliteit.
  • We bouwen aan een stad op maat van mensen. Daarbij houden we volop rekening met de ruimtelijke beleving van de gebruikers van het publiek domein. Hoogbouw als vorm van verdichten kan op plekken waar die niet tot een ‘onmenselijke’ schaalbreuk leidt. Leefkwaliteit en sociaal contact staan bij het uitvoeren van verdichting centraal.
  • De noden van bewoners en het algemeen belang zijn leidend in stadsontwikkelingsprojecten en worden opgenomen in het programma van eisen. De wensen en eisen van vastgoedinvesteerders en private belangen mogen niet bepalend zijn.
  • Gebouwen die er zich toe lenen en waar het past geven we de kans om ‘op te toppen’: extra verdiepingen voor meer woongelegenheid of andere functies.
  • Langs brede wegen die goed ontsloten zijn met openbaar vervoer, laten we meer verdichting toe. Het aantal bouwlagen kan daar toenemen tot 5 à 6 bouwlagen. Bij echt brede, goed ontsloten wegen (zoals de Italiëlei en Bisschoppenhoflaan) gaan we tot 7 à 9 bouwlagen.
  • We selecteren een aantal strategische plekken in de 20ste-eeuwse gordel waar de stad de regie stevig in handen neemt, en die we doen uitgroeien tot plekken van compacte stedelijkheid.

 

Meer woningen, meer voorzieningen

  • We realiseren in de komende 15 jaar 20.000 nieuwe woningen. In diezelfde periode doen we 40.000 renovaties.
  • Woningen renoveren doen we onder meer door 10 concrete bouwblokken integraal aan te pakken.
  • We maken een actieplan op om leegstaande gebouwen en onbebouwde terreinen snel inzetbaar te maken en zo de bevolkingsgroei op te vangen.
  • Leegstaande gebouwen van de stad, zoals het Erasmusziekenhuis of het Stuivenbergziekenhuis, kunnen deels worden ingezet voor tijdelijke bewoning.
  • We zorgen ervoor dat elke wijk voldoende voorzieningen heeft volgens het principe van de 15-minutenbuurt waarbij de belangrijkste dagelijkse voorzieningen op maximum 15 minuten wandelen liggen. Bij elke nieuwe woonontwikkeling vangen we tekorten voor de huidige inwoners op én voldoen we aan de noden voor de nieuwe inwoners. We hanteren ambitieuze normen voor ruimte voor sport, kinderopvang en jeugdlokalen, hobby- en klusplekken, recreatief groen, hangplekken, hondenloopzones …
  • Bij de inplanting van nieuwe functies en de evaluatie van bestaande functies houden we rekening met gezondheidsaspecten. In zones waar we bijvoorbeeld te veel fijn stof meten, pakken we eerst de oorzaak aan voor we nieuwe activiteiten toestaan.

Luchthaven van Deurne

Groen is tegen de groei van vliegverkeer, zeker voor korte afstanden, en wil de verlieslatende luchthaven van Deurne sluiten. Deze ruimte kan beter gebruikt worden voor groen, wonen en duurzame bedrijvigheid.Via het spoor ben je op een half uur in de luchthaven van Zaventem. Antwerpen is ook goed verbonden met internationale trein- en busnetwerken die meer ondersteuning verdienen.Het sluiten van de luchthaven van Deurne biedt veel mogelijkheden. Samen met burgers en lokale verenigingen willen we de beste toekomst voor het terrein uittekenen:

  • De omwonenden krijgen een stem en worden gehoord.
  • We laten de luchthavenactiviteiten volledig uitdoven.
  • We kiezen voor een groene herbestemming, zoals vastgelegd in het gewestplan.
  • Een groot deel van de zone wordt een nieuwe park- en recreatiezone.
  • We zoeken naar alternatieven voor de huidige tewerkstelling, zoals innovatieve technologiebedrijven of hernieuwbare energie.
  • Op een beperkt deel van de ruimte kunnen nieuwe woningen komen.
  • Er komen geen nieuwe activiteiten die voor extra auto- of vrachtverkeer zorgen.

 

De instrumenten van de stad

  • De opmaak van ruimtelijke plannen komt terug volledig naar de stad, de versterkte dienst stadsontwikkeling maakt in volledige onafhankelijkheid nieuwe plannen.
  • We stoppen met de verkoop van stadseigendommen. Gronden en gebouwen worden via concessie, erfpacht, recht van opstal en community land trust ter beschikking gesteld voor socio-culturele verenigingen, betaalbaar wonen en andere maatschappelijke noden.
  • Recht van voorkoop wordt ingezet voor sociaal wonen en voor vergroening.
  • Via het ruilen van bestemmingen (planologische ruil) willen we de gebieden die het meest voor verdichting in aanmerking komen (o.a. aan knooppunten van openbaar vervoer) meer ontwikkelingsmogelijkheden geven, in ruil voor minder ontwikkelingsmogelijkheden in gebieden die we willen vrijhouden.
  • Het voorkooprecht, zoals dat nu bestaat in district Antwerpen-Noord, breiden we uit naar de rest van de stad en we maken er veel actiever gebruik van.
  • We voeren een gereglementeerd en transparant systeem van stedenbouwkundige lasten in, waarbij ontwikkelaars bijdragen aan de ontwikkeling van voorzieningen bij nieuwe projecten.
  • De stad zet haar eigen leegstaande panden in voor het op peil brengen van de voorzieningen.
  • We willen een leidraad natuurinclusief bouwen en stellen die vast als een beleidsmatig gewenste ontwikkeling. Bij ieder bouwproject wordt er plek gemaakt voor natuur: groengevels, gierzwaluwbakken, ... In de bouwcode nemen we aspecten op rond diervriendelijker bouwen en diervriendelijke tuinen.
  • We passen de bouwcode aan. We stappen af van de opgelegde parkeernorm bij nieuwbouwprojecten, om te gaan naar een mobiliteitsnorm. Het is dan aan de ontwikkelaar om duurzame mobiliteitsmogelijkheden voor de toekomstige bewoners te voorzien, zodat de minimum parkeernorm kan evolueren naar een lagere maximumparkeernorm. In het stadscentrum kiezen we voor een maximumparkeernorm van 0.
  • We maken van team stadsbouwmeester een multidisciplinair team, met een stadsecoloog, een klimaatexpert, een hydroloog, een landschapsdeskundigen, een socioloog én uiteraard stedenbouwkundigen. Zo komt er een geïntegreerde visie.
  • Bestaande RUP’s worden herzien of nieuwe RUP’s worden opgemaakt in functie van ontpitting en meer publieke en groene ruimte.
  • AG Vespa voert een grondbeleid dat meer ruimte voor groen en natuur creëert. Een parkenfonds om gronden aan te kopen en er een groene ruimte van te maken zorgt voor een nieuw buurtpark in elke wijk.
  • We trekken het havendividend aan de stad op en zetten deze middelen in om onze stad klimaatrobuust te maken en om openbaar vervoer in de haven te organiseren.

 

Kwaliteitsvol en participatief

  • We zorgen ervoor dat de Gecoro en de Kwaliteitskamer in alle onafhankelijkheid hun deskundige rol van bewakers van de ruimtelijke kwaliteit kunnen opnemen.
  • Zowel bij de aanleg van straten en pleinen, als bij grote stadsontwikkelingsprojecten organiseren we doorgedreven inspraak en participatie, vanaf de opmaak van de projectdefinitie tot en met de concrete uitvoering ervan. Door burgers maximaal te betrekken voelen ze zich mede-eigenaar van het project. We beschouwen spontaan burgerinitiatief als een geschenk, niet als een last.
  • Bewoners kennen de behoeften van hun buurt het beste, maar bij grote bouwprojecten worden ze vaak vergeten. Daarom voeren we wijkcontracten in, zoals in Brussel. Deze contracten omvatten participatieve afspraken rond huisvesting, publieke ruimte, infrastructuur en sociale initiatieven, en zijn gekoppeld aan specifieke budgetten