Maak werk van een sterk ruimtelijk beleid

26 Januari 2015

Vanavond staat op de gemeenteraad het evaluatierapport van het strategisch Ruimtelijk Structuurplan ter kennisneming op de agenda. Een nieuw Ruimtelijk Structuurplan blijkt niet voor deze legislatuur. Schepen Van de Velde gaat een 'doorstartnota' maken. Wij nemen als fractie met veel enthousiasme kennis van het evaluatierapport dat  door Studiegroep Omgeving en de KU Leuven is opgesteld over de stand van uitvoering van het strategisch ruimtelijk structuurplan Antwerpen.Net zoals de GECORO in haar advies willen ook wij onze waardering uitspreken voor het rapport en onderschrijven we ook de aanbevelingen die er in geformuleerd staan. 

We kunnen ons ook erg vinden in de aanbevelingen die geformuleerd zijn door de GECORO maar zouden die graag nog wat aangescherpt zien.    

Met deze aanscherpingen richten we ons in de eerste plaats op de 'doorstartnota' als eerste en belangrijkste product dat door het college zal aangeleverd worden. Wij zijn alleszins blij dat met de opmaak van een doorstartnota wordt afgestapt de volgens ons onrealistische doelstelling die de  schepen zich in het begin van de legislatuur had gesteld, met name de volledige herziening van het s-RSA tegen eind 2015.   

Maar dat neemt voor ons alleszins niet weg dat ook die doorstartnota procesmatig aan bepaalde kwaliteitseisen moet voldoen.

En zo kom ik meteen aan een belangrijk aantal aanbevelingen die we verankerd hebben in een resolutie die we graag aan de raad ter stemming voorleggen.

Een eerste groep aanbevelingen betreffen dus het proces tot de opmaak van de doorstartnotaWe vragen het college :

  • in te zetten op een volwaardige stadsregionale aanpak en aan het provinciebestuur de vraag te richten hierover een overlegplatform te faciliteren;
  • verbindingen te leggen met andere plannen en instrumenten zoals het mobiliteitsplan, het geluidsactieplan, het luchtkwaliteitsplan maar ook het woonbeleid en het parkeerbeleid;
  • sterk de nadruk te leggen op de intra-stedelijke samenwerking tussen de verschillende stedelijke diensten bij de uitwerking van de projecten in uitvoering van het s-RSA;
  • het betrekken van alle actoren met inbegrip van de 'brede burgermaatschappij';
  • de districten sterk te betrekken bij de opmaak ervan en ook formeel het advies van de districten over de ontwerp- doorstartnota in te winnen;

Een tweede concrete aanbeveling aan het college gaat in op stadsbeelden en de strategische ruimte waar volgens ons prioritair moet op ingezet worden omdat uit het evaluatierapport duidelijk blijkt dat hier sinds de definitieve vaststelling van het s-RSA onvoldoende aandacht is besteed :

Daarom vragen wij om bij de opmaak van de doorstartnota bij voorrang prioritaire pilootprojecten te definiëren binnen de stadsbeelden ecostad en waterstad en binnen de strategische ruimte 'zachte ruggengraat'.   Dit neemt uiteraard niet weg dat ook op de andere beelden blijvend moet ingezet worden maar het stelt alvast scherp waaraan volgens ons prioritair aandacht moet besteed worden.

Een derde concrete aanbeveling aan het college is het aangrijpen van de doorstartnota om de realisatie van de Groene Singel én de volledige overkapping van de Ring te verankeren.   Zowel het college als de nieuwe vlaamse regering hebben in het recente verleden reeds aangegeven en de Groene Singel te willen realiseren als de overkapping van de Ring te willen onderzoeken.   In de doorstartnota moeten deze beleidsopties dan geëxpliciteerd worden en zo deel blijven en gaan uitmaken van het ruimtelijk beleid in onze stad.

Net zoals de Gecoro delen ook wij de eindconclusie van het evaluatierapport dat stelt dat er in de afgelopen 8 jaren sinds de definitieve vaststelling van het structuurplan nieuwe thema's op de maatschappelijke agenda zijn gekomen die in het structuurplan weinig zijn uitgewerkt.

Daarom stellen wij in de resolutie voor volgende inhoudelijke thema's grondig te onderzoeken, uit te werken en te verankeren in de doorstartnota:

  • de sociaal-ecologische kwaliteit en duurzaamheid van de stad (over waterhuishouding, gebrek aan groene ruimte, lage biodiversiteit, luchtkwaliteit, lawaaihinder, klimaat, ...)
  • fysieke, sociale en functionele verweving (over bevolkingstoename, diversiteit, nieuwe samenlevingsnormen, ....)
  • het integreren van ondernemen in het stadsweefsel (over lokale economie, alternatieve financieringsmechanismen, verwevenheid van economische functies in het woonweefsel, slimme stadslogistiek ....)
  • de sociale dimensie van ruimte (over ruimtelijke segregatie, inclusie van alle bevolkingsgroepen, ...)
  • stedelijke infrastructuur (over fietsnetwerk, fietsdelen, grootstedelijk voorstadsnet, energievoorziening, lage emissiezone, publieke ruimte, ...)
  • versterken van netwerken (over relaties tussen stad, haven, Vlaamse overheid, stadsregionale samenwerking)

Voorzitter, collega's,

Het mag duidelijk zijn : het evaluatierapport reikt heel wat handvaten aan om het ruimtelijk beleid in onze stad te actualiseren en waar nodig bij te sturen.   Maar om te voorkomen dat we binnen een jaar moeten vaststellen dat het college de aanbevelingen van de nota onvoldoende heeft ter harte genomen, vragen wij de raad de belangrijkste conclusies in een concrete opdracht aan het college te formuleren.   

BIJLAGEN:
20150126%202015_RES_00003%20-%20RESOL%20Joris%20Giebens%20-%20Aanbevelingen%20met%20betrekking%20tot%20de%20op%20te%20maken%20%27doorstartnota%27%20voor%20het%20s-RSA_0.pdf